Hoor jij ook wel eens een van de volgende uitspraken: ‘Het hoort er nu eenmaal bij’, ‘als je hier komt werken, dan weet je dat van te voren’, ‘als je er niet tegen kunt, dan moet je dit werk niet doen’? Zinnen die uitgesproken worden in werksituaties door naaste collega’s of leidinggevenden. Ze lijken uit te gaan van vaardigheden, inzichten, ongeschreven omgangsregels, die bij iedereen, ervaren of niet, als vanzelfsprekend aanwezig zouden moeten zijn.
Liesbeth en Latifa: twee situaties uit de praktijk
Liesbeth werkt in de huiskamer van een afdeling kleinschalig wonen, een opvangvoorziening voor mensen met dementie. Meneer De Groot woont daar nu een paar maanden. Hij heeft af en toe woede-uitbarstingen, schreeuwt en gooit met spullen. Liesbeth schrikt daar altijd van. Het is inmiddels zo, dat ze bij voorbaat op haar tenen loopt als meneer De Groot in de huiskamer is. Laatst was Liesbeth aan het werk in de huiskamer, toen ze kabaal hoorde op de gang. Meneer De Groot was woedend, schreeuwde, gooide met potten en was buiten zinnen. Liesbeth en een collega deden de huiskamerdeur dicht. Ze wachtten trillend tot er iemand kwam om meneer De Groot te kalmeren.
Het gebeuren heeft veel impact op Liesbeth. Na afloop moet ze huilen en voelt zich schuldig en onbekwaam. Ze durft niet meer te werken op de afdeling en neemt dat zichzelf kwalijk.
Latifa werkt sinds een maand in een penitentiaire jeugdinstelling met gesloten onderwijs. Samen met Bart bereidt ze lessen voor. Het alarm gaat af. Latifa en Bart springen op en gaan richting de melding.
Na vijf minuten komen ze terug. Het blijkt mee te vallen. Latifa zegt dat ze er toch elke keer weer even van schrikt. Bart antwoordt: ‘Als je hier komt werken, dan weet je dat van te voren’. Latifa reageert daarop: ‘Maar je weet van te voren niet wat je aantreft.’ Er ontstaat een korte discussie over of je hier nu wel of niet voor gekozen hebt. Er is geen speld tussen te krijgen. Het is waar: ‘Ik heb hier voor gekozen, dus ik hoef nu ook niets meer te zeggen of te delen.’ Latifa houdt verder haar mond.
Het belang
In sommige beroepen komen situaties regelmatig voor en zijn inherent aan het werk. Denk bijvoorbeeld aan situaties in de zorg; afscheid nemen in elke denkbare vorm, geweld, intimidatie, verdriet of boosheid van familie. In de situatie van Liesbeth zijn dit de onvoorspelbare reactie van meneer De Groot. En in het voorbeeld van Latifa de onvoorspelbare heftige reacties van leerlingen. Maar ook bijvoorbeeld ouders die op niet zo’n prettige manier opkomen voor hun kind. Het lijkt alsof er een beeld hoog gehouden moet worden van de beroepsgroep of van een individu. Alsof er geen ruimte mag zijn voor een kant aan het werk die als lastig, ongemakkelijk ervaren wordt. Het bespreken van een incident is belangrijk, omdat dit een kans is om als individu en als team te groeien in de rol van menselijke professional. Juist als je in een sector werkt waar je te maken hebt met kwetsbare klanten. Als teamleider, manager en als professional ‘op de werkvloer´ in het belang van de cliënt; voor wie het iedereen uiteindelijk om begonnen is.
Je brein houdt je voor de gek
Ieder mens heeft een beeld van zichzelf, een beeld over wat anderen over hem hebben en een beeld over hoe je hebt te functioneren in je werk. Je zou het een vooringenomenheid, vooroordeel kunnen noemen. Wanneer je de gedachte hebt niet helemaal te beantwoorden aan wat er van je gevraagd wordt en dit een ongemakkelijk gevoel oplevert, kun je ‘uitvluchten’ verzinnen. Een bias in het brein wordt dat ook wel genoemd. De amygdala, onderdeel van het limbisch systeem (emotionele brein), koppelt een emotie aan een idee, situatie of beeld. Omdat ons brein een gemaksmachine is, heeft het de voorkeur om vanuit de ‘vooringenomenheid’, geconditioneerde kennis en ervaring, te reageren. ‘Dat hoort er nou eenmaal bij’ is zo’n zin waar het brein op aanhaakt vanuit conditionering. Als het brein dat zegt, dan hoeft het verder niets meer te doen. Het spaart energie en denkt veilig te zijn. Klaar!!!!! Maar…. je brein houdt je voor de gek. Geen aandacht geven aan wat er werkelijk speelt, is de rode loper uitleggen naar burn-out klachten. Je doet werk waarin je uiteindelijk geen voldoening en betekenis meer ervaart, omdat de ontwikkeling van jezelf, je collega’s en je team tegengehouden wordt.
Er is hoop, want je kunt je brein oefenen
Doordat ons brein plastisch is, is het mogelijk om andere gedachten en gedrag n.a.v. een onplezierige emotie te ontwikkelen. Het is in staat nieuwe verbindingen te maken tussen neuronen. Je kunt je brein oefenen in het aangaan van ongemakkelijke emoties met daar bij behorend wenselijk gedrag gericht op groei.
De Bedoeling helpt
Op het werk hebben we te maken met lange termijn doelen die gestoeld zijn op kernwaarden van de organisatie; De Bedoeling. Men wil bijvoorbeeld ‘dichtbij’ de patiënt of leerling staan. Het inhoud geven aan deze waarden in taal en gedrag is de volgende stap. ‘Dichtbij’ een patiënt of leerling betekent meer dan alleen dat de zorg of onderwijs beschikbaar is binnen een paar kilometer. Ik stel me voor dat ‘dichtbij’ ook is: Naast iemand staan. Naast de patiënt, leerling, familie EN naast je collega. Oog hebben voor de noden van jezelf en de ander.
Sta ook naast je medewerkers. De medewerker wil handelen van waaruit hij voldoening ervaart en naar wil streven om de beste zorg of het beste onderwijs te bieden. Hij is op weg naar de ideale situatie voor de cliënt en ervaart voldoening.
Het handelen vanuit kernwaarden naar een ideale situatie is een verlangen, een richting. Deze richting helpt je koers te houden. Koers houden, werken aan een lange termijn doel, is een van de functies van de prefrontale cortex, onze directie. Andere functies die bruikbaar zijn bij het werken aan een lange termijn doel zijn: organiseren, plannen, reflecteren, inleven, aandacht geven, emoties reguleren.
Wat kun je doen?
Allereerst: ontladen! Om bewust te kunnen denken en handelen is het wenselijk als het emotionele brein ‘leegloopt’. De adrenaline moet uit het lichaam. Ontladen na een incident of een ongemakkelijke situatie doe je door er o.a. over te praten (of huilen zoals Liesbeth deed). Daarnaast is beweging ook effectief; een stuk lopen alleen of samen met een collega. Spreek je uit. Als luisterende collega of leidinggevende ontvang je de emotie, nodig je de ander uit tot praten; ‘vertel eens….’ Blijf nieuwsgierig zonder oordeel naar het denken, voelen en handelen voor, tijdens en na een incident. Vechten tegen en wegduwen van emoties tast je slaap en je humeur aan en daarmee ook je gezondheid.
Wat later kun je samen kijken waar degene in zou willen groeien. Wat wil hij of zij beter kunnen? Waar zou hij een stap in willen maken? Wat is daar voor nodig? Wie zou kunnen ondersteunen daarbij? Hoe leeft dit in het team? Hoe kunnen we als team een stap maken? Hoe past dit in jouw Bedoeling en in die van de organisatie?
Opnieuw….
Latifa werkt sinds een maand in een penitentiaire jeugdinstelling met gesloten onderwijs. Samen met Bart bereidt ze lessen voor. Het alarm gaat af. Latifa en Bart springen op en gaan richting de melding.
Na vijf minuten komen ze terug. Het blijkt mee te vallen. Latifa zegt dat ze er toch elke keer weer even van schrikt.
Bart antwoordt: ‘Vertel eens………..’ Latifa reageert daarop: ‘Je weet nooit van te voren wat je aantreft. Dat vind ik toch wel spannend. Eerlijk gezegd, voel ik het nog steeds.’ Er ontstaat een gesprek waarin er uitgewisseld wordt hoe het voor hen beiden is. Wat ze graag anders zouden willen. Ze wisselen uit wat ze tot nu toe doen om het voor henzelf gezond te houden.
En Liesbeth?
De leidinggevende van Liesbeth roept degene die op een of andere manier betrokken zijn geweest bij het incident bij elkaar. Liesbeth spreekt zichzelf uit; hoe ze geschrokken is en wat ze nu denkt. De anderen uiten zich ook. Er is ruimte om te ontladen. Ze spreken af om er met elkaar op een ander moment verder over te praten. Over het effect op hen en hoe ze (anders) om willen gaan met dit soort situaties passend bij de kernwaarden van de organisatie en die van hen zelf. En over meneer De Groot. Er is ruimte gekomen om compassie voor hem te voelen en te gaan zoeken naar wat hij nodig heeft.
Groei naar nog meer menselijke professionaliteit
Zou je eens willen praten over hoe jouw team een volgende stap kan maken in groei naar nog meer menselijke professionaliteit? Neem dan gerust contact op met ons. We staan je graag te woord om je verder te helpen en mee te kijken naar wat er eventueel nodig is.
Dat kan via e-mail: info@groeneveldenvandiest.nl of bel Conny Groeneveld: 06 42 66 50 06 of Joke van Diest: 06 51 05 52 98